Jos, mijn werkmaatje...
Jarenlang ben ik hier bang voor geweest. En dan ineens gebeurt het.
Het heeft dagen geduurd voordat ik het enigszins kon bevatten...
Terwijl het de laatste tijd zo goed met Jos leek te gaan.
Een paar jaar geleden is hij van het ene op het andere moment gestopt
met roken. Wie hem van voor die tijd kent, weet dat dat een hele prestatie was.
Ruim een half jaar geleden is hij begonnen met fietsen. Hij was trots
op zijn vorderingen, inmiddels waren het tochtjes van enkele tientallen
kilometers. Meer beweging dus.
Met beter eten had hij ook een voorzichtig begin gemaakt.
Het heeft uiteindelijk allemaal niet mogen baten...
Als je het digitale condoleanceregister leest, krijg je een goede indruk van wat voor mens Jos was:
Zo kennen we hem ook als sectielid. Maar er was nog wel wat meer.
Als Jos in beeld was voor een bepaalde taak, kon hij soms eerst goed
sputteren, waarna hij de taak vol enthousiasme ging uitvoeren.
Eigenlijk was dat een ritueel geworden, dat er dus gewoon bij hoorde.
Zo ook als je op onze sectiekamer overleg wilde voeren met een collega
van buiten de sectie: eerst mopperen dat dat maar ergens anders moest
gebeuren, dan gezellig meepraten.
Ik denk dat weinig mensen Jos echt boos hebben meegemaakt. Maar dat kon
hij wel zijn, al was het niet vaak. Nadat hij had gezegd wat hij
moest zeggen, was het ook weer voorbij en was hij weer de
vriendelijke man zoals wij die allen kennen.
Jos was een bijzondere collega. Karakteristiek, van hem pasten
er geen dertien in een dozijn.
Je zag hem nooit over het hoofd. Als hij er was, dan wist je dat.
Fysiek was hij aanwezig. En hij praatte heel graag. Bemoeide zich
overal mee. Nu is het dus stil in de kamer, een beetje te stil...
Hij had een bijzondere manier van werken. Hij kwam niet alleen op de
pabo om te werken, hij kwam ook zeker voor de gezelligheid en nam
daar dan ook de tijd voor. Omgekeerd was hij thuis heel vaak met
zijn werk bezig, nam daar dan weer alle tijd voor.
Hij ging voor de sectie ict. Daar moest je niet aankomen. Binnen de
sectie bewaakte hij kritisch en streng de normen, van het
programma voor de studenten, van de toetsing van de studenten.
Ik denk dat Jos en ik een goed koppel waren. Grote verschillen
in karakter en toch (of juist) een erg vriendschappelijke relatie.
Wij hebben jarenlang, een jaar of 25, samengewerkt, vaak heel intensief.
Hebben veel van elkaar geleerd. Samen naar Londen geweest, samen naar
Finland geweest. Omdat hij wist dat ik graag lopend de omgeving zou
willen verkennen, had hij van te voren getraind met wandelen, want
hij wilde geen blok aan mijn been zijn. Hij heeft de eerste dag in
Finland de gehele dag gelopen, wat een hele prestatie voor hem was.
Met de sectie zijn we twee keer naar de Ardennen geweest, waar hij
genoot van de gezelligheid. En waar hij graag en goed kookte.
Jos en ik hebben samen veel scholing gevolgd, samen cursussen
voorbereid, samen cursussen gegeven, veel geboomd over allerlei
zaken. Ik zal zijn inbreng nu moeten missen... De hele sectie
zal hem moeten missen...
Jos had nog erg veel plezier in zijn werk, hij wilde ook
vooraan blijven lopen, niet de laatste jaren uitzitten.
Over ruim een jaar moest hij stoppen met werken; zo was dat
geregeld in de regeling waaronder hij viel. Hij zag daar tegenop. Hij
had lol om het feit dat hij opeens twee maanden langer mocht
werken: die twee maanden vielen in de vakantie.
Als hij was gestopt, had hij graag nog bepaalde klussen gedaan.
Scholar, de nieuwe elektronische leeromgeving, had dan zijn
voorkeur gehad. Ik zou daar blij mee zijn geweest, hij was op
dat gebied erg deskundig.
Maar ook naar zijn afscheidsbijeenkomst keek hij niet uit. Hij droomde
ervan, met een heteluchtballon, van het pabo-terrein te vertrekken,
maar zo heeft het niet mogen zijn.
Wat zullen we zijn warmte missen...